2012Z16267
Vragen van het lid Heerma (CDA) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Financiën over het bericht dat kinderdagverblijven kampen met problemen door wanbetalende ouders (ingezonden 26 september 2012)
1 Heeft u kennisgenomen van het bericht dat kinderdagverblijven kampen met problemen door wanbetalende ouders? 1)
Antwoord : Ja.
2 Is het waar dat het percentage wanbetalers in twee jaar tijd is opgelopen van 3 procent naar tussen de 7,5 en 10 procent?
Antwoord : Informatie over de ontwikkeling van het aantal wanbetalers voor het totale aantal kinderopvanginstellingen is niet bekend.
3 In hoeverre is hier naar het oordeel van de minister sprake van fraude? Is er sprake van een toename van fraude?
Antwoord : Er is hier niet per definitie sprake van fraude. Het gaat hier om het niet betalen van de kosten van het gebruik van kinderopvang, zowel de kinderopvangtoeslag als de eigen bijdrage. De ouders hebben de verplichting om de gehele rekening te betalen. De verantwoordelijkheid ligt bij instellingen om met ouders goede financiële afspraken te maken over betalingen en stappen te ondernemen als ouders de rekening niet betalen.
De kinderopvangtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang. Als ouders de rekening voor het gebruik van kinderopvang niet betalen, dan moet uiteindelijk worden geconcludeerd dat er geen kosten voor kinderopvang zijn gemaakt. Zijn er geen kosten gemaakt voor kinderopvang, dan hebben de ouders ook geen recht op de kinderopvangtoeslag. Indien de kinderopvanginstellingen deze niet betaalde uren niet opvoeren als afgenomen uren in hun jaaropgave aan de ouders, vordert de Belastingdienst de ten onrechte verkregen toeslag terug.
4 : In hoeverre houden de toegenomen wanbetalingen verband met de toename van schulden bij huishoudens die kinderopvangtoeslag ontvangen? Klopt het dat het aantal huishoudens dat met problematische schulden kampt is toegenomen?
Antwoord : Het betalen van de rekening is een zaak tussen de instelling en de ouders. Betalingsachterstanden van ouders bij het gebruik van kinderopvang moeten worden aangepakt door de instelling. Het niet betalen van de rekening duidt niet direct op problematische schulden. Er kunnen ook andere redenen zijn dat huishoudens de rekening niet betalen.
Of het aantal huishoudens met problematische schulden is toegenomen, is niet met zekerheid te zeggen. Op dit moment vindt het vervolgonderzoek plaats op „Huishoudens in de rode cijfers‟ over de omvang en achtergronden van huishoudens met (een risico op) problematische schulden. Eind 2012 zal ik dit onderzoek aan de Tweede Kamer sturen. Uit de registratiecijfers van de NVVK (brancheorganisatie voor professionele schuldhulpverlening) komt het beeld naar voren dat het aantal aanmeldingen voor schuldhulpverlening redelijk stabiel blijft. In 2011 hebben zich 76.000 mensen gemeld voor schuldhulpverlening, in 2010 waren dat er 79.000. Het aantal van deze huishoudens dat ook kinderopvangtoeslag ontvangt, is niet bekend.
5 Welke maatregelen gaat de minister nemen om deze wanbetalingen in de kinderopvang tegen te gaan? Deelt de minister de mening dat er een „zwarte lijst‟ van structurele wanbetalers bijgehouden moet gaan worden?
Antwoord : De rekening betalen voor het gebruik van kinderopvang is een zaak tussen de instelling en ouders. Het is aan instellingen om gepaste maatregelen te nemen als ouders niet betalen. Gedacht kan worden aan betaling vooraf. De toeslag wordt namelijk ook vooraf uitgekeerd. Daarnaast kan worden gewerkt met automatische incasso.
Een kinderopvanginstelling mag voor zichzelf een „zwarte lijst‟ bijhouden van wanbetalers, maar het delen van een „zwarte lijst‟ wordt beperkt door de Wet bescherming persoonsgegevens. Ik zie geen rol voor de overheid bij het aanpakken van wanbetalers.
6 : Hoe staat het met de mogelijkheden om kinderopvangtoeslag direct over te maken aan kinderdagverblijven in plaats van aan de ouders? Wanneer stuurt de staatssecretaris de eerder toegezegde brief over dit onderwerp naar de Kamer?
Antwoord : Het verplicht gebruik van één bankrekeningnummer op naam van de belanghebbende treedt in werking als de Belastingdienst de betalingssystemen heeft aangepast op het gebruik van één rekeningnummer per belanghebbende. Dit zal naar verwachting op 1 januari 2014 zijn. Tot die tijd staat het ouders vrij om de kinderopvangtoeslag rechtstreeks aan het kinderdagverblijf te laten uitbetalen.
Tijdens de parlementaire behandeling van het Belastingpakket 2012 zijn door de staatssecretaris van Financiën strikte voorwaarden geformuleerd waaronder het mogelijk zou zijn een uitzondering op het principe van één bankrekeningnummer te creëren ten behoeve van de rechtstreekse uitbetaling van de kinderopvangtoeslag. (1 Kamerstukken II 2011-12, 33 003, nr. 17, blz. 28-30)
Op dit moment worden hierover gesprekken met de brancheorganisatie gevoerd. In dit stadium gaat het om de precieze uitwerking van de voorwaarden. Zodra het overleg met de brancheorganisatie is afgerond, ontvangt de Tweede Kamer hierover een brief. De staatssecretaris van Financiën en ik verwachten dat dit voor het eind van het jaar zal zijn.
1) “Steeds meer ouders gebruiken kinderopvang toeslag als extra salaris”, Volkskrant d.d. 21 september 2012