60 miljoen euro voor peuteropvang
Het kabinet trekt het komende jaar 60 miljoen euro uit voor de opvang van peuters. Dat maakte minister Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op Prinsjesdag bekend. Alle kinderen moeten de mogelijkheid krijgen om peuterspeelzaal of kinderopvang te bezoeken, ongeacht of ouders werken.
137 duizend kinderen
In 2013 ging 37 procent van de 2- en 3-jarige peuters naar de peuterspeelzaal. Dat komt neer op 137 duizend kinderen, die gemiddeld 7,5 uur per week in de peuterspeelzaal werden opgevangen. Bijna een kwart van hen werd daarnaast ook opgevangen in de formele kinderopvang, dus in een kinderdagverblijf of bij erkende gastouders. Gemiddeld ging 20 procent van de Nederlandse peuters niet naar een peuterspeelzaal of kinderopvangopvang. In totaal zijn dat zo’n 72 duizend kinderen.
Samenhang inkomen
Het gebruik van de peuterspeelzaal hangt samen met het inkomen van de ouders. Van de peuters uit de laagste 20%-inkomensgroep ging 45 procent naar de peuterspeelzaal. Dat zijn ruim 28 duizend kinderen. In de hoogste inkomensgroep was dat 27 procent, bijna 8 duizend kinderen. In de hoogste inkomensgroep wordt minder gebruik gemaakt van de peuterspeelzaal, omdat ouders uit deze groep vaker gebruik maken van formele kinderopvang.