Weinig mannen opgeleid in gehandicapten- en ouderenzorg
Het aandeel mannen op gezondheidsopleidingen varieert niet alleen tussen de niveaus, maar ook per opleiding. Op de universitaire opleiding farmacie is 40 procent van de studenten man, bij geneeskunde 34 procent. In het hbo volgen relatief veel mannen (30 procent) een opleiding op het gebied van therapie en revalidatie. De opleiding fysiotherapie, die hieronder valt, doen ongeveer evenveel mannen als vrouwen.
Op mbo-4-niveau valt de opleiding maatschappelijk werk op, met een relatief hoog deel mannelijke leerlingen (een derde). Binnen maatschappelijk werk worden opleidingen gegeven op het terrein van sociaal maatschappelijke dienstverlening, sociaal-cultureel werk en activiteitenbegeleiding. De hbo-opleidingen maatschappelijk werk trekken minder mannen (bijna een kwart).
Weinig mannen worden opgeleid in de gehandicaptenzorg voor volwassenen en bejaarden-en gezinszorg. In deze richtingen op mbo-niveau 1–3 is 10 procent man, op mbo-4 en hbo is dat 20 procent. Er zijn dus maar weinig mannen die kiezen voor een opleiding ziekenverzorging of thuiszorg op mbo-niveau 2 of 3. De opleidingen verpleegkunde op mbo-niveau 4 en verpleeg- en verloskunde op het hbo blijven ook vooral opleidingen voor vrouwen. Net iets meer dan 10 procent van de studenten is hier man.
Minder studenten op laagste mbo-niveaus
In het schooljaar 2017/’18 volgden 233 duizend studenten een opleiding op het gebied van gezondheid en welzijn. Dat aantal is sinds 2010 nauwelijks veranderd. Wel daalde het aandeel op de laagste drie mbo-niveaus van 30 procent naar 20 procent. Op de hogere onderwijsniveaus nam het aantal studenten toe. Een vergelijkbare trend doet zich voor bij de andere onderwijsrichtingen.
Bronnen
- StatLine – Mbo, deelnemers
- StatLine – Hoger onderwijs, studenten
- Maatwerk – Deelnemers gezondheids- en welzijnsopleidingen 2017/’18
Bron : CBS