Ruim vier jaar nadat de arbeidsparticipatie op een dieptepunt was beland, is het percentage werkenden in het derde kwartaal van 2018 voor het eerst weer iets hoger dan op het hoogste punt bij het begin van de crisis. Begin 2009 was de arbeidsdeelname 68,3 procent, in november was deze 68,4 procent. De toename van het aantal werkenden in de afgelopen vijf jaar was het grootst bij voltijders en bij deeltijdwerkers met de meeste gewerkte uren. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
Het aantal voltijders nam tijdens de crisis af, maar steeg in de afgelopen vijf jaar weer. Het aantal deeltijders neemt al sinds 2003 structureel toe. Het aantal deeltijdwerkers groeide vooral door degenen met de meeste uren, van 20 tot 35 uur per week. Deze stijging is het sterkst bij de groep die 28 tot 35 uur per week werkt. In het derde kwartaal van 2003 waren het ruim 0,9 miljoen werkenden, in dezelfde periode in 2018 waren dat er bijna 1,5 miljoen. Het aantal deeltijders dat minder dan 20 uur per week werkt bleef ongeveer gelijk ten opzichte van 2003.
Ook toename bij mannen die 28 tot 35 uur werken
Van de 1,5 miljoen werkenden die 28 tot 35 uur per week werken, is ongeveer twee derde vrouw en één derde man. Het aantal vrouwen dat 28 tot 35 uur per week werkt is sinds 2003 in alle leeftijdsgroepen sterk gestegen, behalve onder jongeren. Bij mannen is er vooral een sterke stijging in het aantal werkenden van 28 tot 35 uur bij de 25- tot 35-jarigen en de 55-plussers.
Bron : CBS