Prof. Dr. M.H. (Rien) H. van IJzendoorn (Tiel, 14 mei 1952) is hoogleraar gezinspedagogiek aan de Universiteit Leiden. Hij werkt daar aan hechtingstheorie en opvoeding. In 2004 ontving hij voor zijn werk de Spinozapremie.
Prof. dr. Van IJzendoorn studeerde in 1976 cum laude af in de pedagogiek aan de Universiteit van Amsterdam. Twee jaar later promoveerde hij magna cum laude aan de Vrije Universiteit Berlijn. Daarna vervolgde hij zijn loopbaan aan de Universiteit Leiden. Op zijn 29ste, in 1981, benoemde de Universiteit Leiden hem tot hoogleraar. Van IJzendoorn was diverse malen gastonderzoeker in de Verenigde Staten en in Israël. Hij ontving in 1990 een Pionier-subsidie van NWO waarmee hij een nieuwe onderzoeksgroep opzette. In 1998 wordt hij fellow van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. In 1998 en 1999 was hij Decaan van de Faculteit Sociale Wetenschappen. In 2008 ontving hij een eredoctoraat van de Universiteit van Haifa.
Van IJzendoorns specialisme is hechting. Volgens deze theorie zijn kinderen evolutionair ‘geprogrammeerd’ zijn om zich te hechten aan een opvoeder. De theorie is ontwikkeld door onder andere John Bowlby en Mary Ainsworth. Kinderen die veilig zijn gehecht aan hun opvoeders hebben de beste ontwikkelingskansen. Met meta-analyses van onder andere onderzoek naar geadopteerden combineerde Van IJzendoorn de resultaten van vele studies statistisch verantwoord met elkaar. Op basis van deze analyses noemde hij adoptie een ‘heel succesvolle interventie’. Ook deed hij veel onderzoek naar opvoeding van autistische kinderen en naar opvoeding door overlevers van de holocaust.
Van IJzendoorn toonde samen met Israëlische onderzoekers aan dat kinderen die opgroeiden in een traditionele kibboets minder vaak veilig gehecht zijn aan hun ouders dan kinderen die in een gezin werden opgevoed. Ook ontdekte zijn team dat crèchekinderen zich emotioneel hechten aan zowel hun leidsters als aan hun ouders.
Van IJzendoorn heeft samen met prof. dr. L.W.C. Tavecchio (Universiteit van Amsterdam) en prof. dr. J.M.A. Riksen-Walraven (Radboud Universiteit Nijmegen) het Nederlands Consortium Kinderopvang Onderzoek (NCKO) opgericht als een samenwerkingsverband tussen de drie hoogleraren, verbonden aan drie Nederlandse universiteiten.
Bron : Wikipedia & website Universiteit Leiden