De CAO Kinderopvang voor Kindercentra en Gastouderbureaus 2018-2019 werd op 17 november 2018 Algemeen verbindend verklaard. Deze cao is gesloten tussen 2 werkgeversorganisaties en 3 vakbonden die namens de werknemers actief zijn in de kinderopvang (FNV, CNV, De Unie).
Nu vertegenwoordigen de 2 brancheorganisaties een ruime meerderheid van de werkgevers, maar is dat ook voor de werknemers het geval ?
Publicatie CBS
Volgens een recente publicatie van het CBS waren in 2012-2016 circa 19 % van werknemers in Nederland lid van een vakbond, waarbij er nog een onderscheid was tussen mannen 21,7 % en vrouwen 16,8 %. Daarbij zijn oudere werknemers eerder vakbondslid dan jongere werknemers. Ook het aantal arbeidsuren is van belang, bij werknemers met contracten tot 12 uur is maar 6 % lid van een vakbond.
Één van de uitkomsten van een onderzoek in 2015-2016 is dat 20,4% van de beroepsgroep “leidster kinderopvang en onderwijs assistent” vakbonden heel erg belangrijk vindt, 55,1 % belangrijk en 24,5 niet belangrijk. De gegevens over het belang van vakbonden zijn ontleend aan de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), die CBS en TNO samen uitvoeren. Nu is het aantal mannen in de kinderopvang wel beperkt, maar toch beetje jammer dat CBS/TNO deze blijkbaar uitsluit van de beroepsgroep gezien de beroepsgroep-omschrijving.
Kinderopvang
Nu zijn er ongeveer 85.000 werknemers actief in de kinderopvang, waarbij het grootste gedeelte vrouw is. Dit zou dus betekenen dat er zo’n 14.450 vakbondsleden werkzaam zijn binnen de kinderopvangbranche (en dus mede de CAO bepalen).
Is dat ook zo? Ben jij lid van een vakbond ? Ja (en welke) of Nee ? Vult u deze poll in ?
Bron : WerkenbijKinderopvang.nl